De kunst van de kunst
Dagelijks worden we geconfronteerd met kunst, in de meest uiteenlopende verschijningsvormen. Goede kunst aanschouwen wordt al lastig op zo’n gewone doorsneedag.
Opmerkelijke goede kunst komt slechts sporadisch voor, maar Fathel Neema (1964, Kerbela, Irak) lukt dat bijzonder goed. Niet alleen in kleurgebruik bereikt hij grote hoogte, maar ook z’n composities en ideeënrijkdom is hij weloverwogen en hoogstaand.
Hij laat de zichtbare en niet zichtbare wereld op een wonderschone wijze samenvallen in schilderijen en grafiek. Zijn werk kan heel dromerig zijn, maar laat tegelijkertijd de alledaagse snelheid en hectiek zien. De beschouwer herkent zijn eigen wereld, maat wordt ook deelgenoot van een totaal nieuw en verstild universum waar alles z’n plaats lijkt te hebben.
Al snel spreekt men bij deze kunstenaar over het samenkomen van verschillende culturen en de voordelen daarvan: allemaal waar natuurlijk. Maar juist wanneer je kunt putten uit de diversiteit van twee werelden moet je zeer sterk in je schoenen staan.
Neema zelf gaat bescheiden door het leven, eist niet veel, maat laat vooral zijn kunst spreken op een manier die je doet verlangen naar zomerse sterrennachten.
Gerard Schoneveld
mei 2009